Bedplassen, wat te doen?

Iedereen die kinderen heeft...

...heeft zijn of haar deel aan beddengoed wassen wel gehad. Zo ook wij. Met de eerste de beste griepgolf lag de hele bijkeuken weer vol met dekbedden, overtrekken en hoeslakens. Gelukkig waren we goed voorbereid en hadden we altijd genoeg achter de hand, want midden in de nacht een was draaien is mijn eer te na (hoezo stijfkoppig).

Naast ziek zijn is een tweede reden tot wassen bij ons thuis het bedplassen. We hebben bij de jongste (net zo eigenwijs als z’n moeder) alles geprobeerd om tot droge nachten te komen. Helaas tot op heden zonder resultaat. Maar met 3 kinderen die bijzonder snel droog waren ‘s nachts kennen we alle kanten van het spectrum. Bij veel kinderen gaat het droog worden ‘s nachts vrij snel en makkelijk. Als ouder zie je er vooraf vaak tegenop, want je weet van tevoren nooit precies wat je te wachten staat. Maar veel ouders die hierop terugkijken vinden het achteraf best meevallen en sneller gegaan dan dat ze vooraf verwachtten.

potjestraining


De meeste kinderen beginnen rond de leeftijd van 2 jaar te voelen dat hun blaas vol zit. Dit is dan ook de leeftijd dat ze dit overdag gaan aangeven. Dat is ook de tijd dat een deel van de kinderen overdag zonder luier kan rondlopen. Het kan helpen om als overbrugging in deze tijd een potje in de woonkamer te zetten. Als je kind dan de prikkel om te plassen voelt, hoeven ze maar een klein stukje te lopen.

Voor de nacht is het vaak een beetje lastiger. ‘s Nachts voelt je kind deze prikkel minder snel omdat ze simpelweg diep in slaap zijn. Daarom hebben wij een paar tips op een rij gezet om de overgang naar ook droge nachten zo ‘vlekkeloos’ mogelijk te laten verlopen.




1. Even plassen voor het naar bed gaan

Je kunt je vast voorstellen dat het lastig voor je kind is om zijn plas op te houden als de blaas erg vol is. Laat je kind daarom voor het slapen gaan altijd nog even plassen. Zo is de kans op een ongelukje het kleinst. Ook ‘s nachts als je zelf gaat slapen je kind nog even laten plassen kan heel helpend zijn. Mijn ervaring is dat mijn zoontje de volgende ochtend niet eens meer weet dat ik hem heb wakker gemaakt en dus heerlijk heeft doorgeslapen (net als ik).

2. Leg uit wat je van je van kind verwacht

Het lijkt heel logisch, maar leg uit dat je graag wilt dat het bed droog blijft. Kinderen vinden het vaak heel fijn dat je dit benoemt. Zo is het voor je kind ook duidelijk wat de bedoeling is. Daarbij is het belangrijk om te benoemen wat je wél van je kind verwacht, want het woordje ‘niet’ wordt vaak niet gehoord. Benoem dus: “Het zou super fijn zijn als het bed vannacht droog blijft.”, in plaats van: “ik wil niet dat je in je bed plast vannacht.” Bij deze laatste zin ligt nog steeds de focus op bed plassen en is de kans dat de boodschap goed overkomt een stuk minder groot.

Complimenten doen wonderen
3. Positieve dingen benadrukken

In het verlengde van het vorige punt is het positieve benoemen een stuk effectiever dan de dingen benoemen die niet goed gaan. En straffen is in dit geval helemaal een no go. Als je een kind straft wordt hij of zij nog meer onzeker dan dat ze wellicht al zijn. Probeer daarom (hoeveel frustratie er begrijpelijkerwijs ook is na de 4e nacht op rij een bed verschonen) zoveel mogelijk zonder emotie te benoemen wat er is gebeurd. “Wat vervelend lieverd, super jammer, maar het is helemaal oké.” Wellicht kost dit midden in de nacht wat moeite, maar als je het niet doet dan is de kans groot dat het nog langer duurt voordat je kindje ‘s nachts droog blijft.


4. Beloning werkt!

Als je nou merkt dat hij of zij het eigenlijk wel kan, maar nog een klein zetje nodig heeft, dan kan een beloningssysteem goed werken. Je kunt deze ‘kalenders’ genoeg vinden op internet, even uitprinten en klaar. Maar nog leuker is er samen eentje met je kind te maken. Door ze hierbij te betrekken, ook bij het zelf kiezen van een beloning en hoe ze elk succesmoment mogen afvinken (zelf een vinkje zetten of bijvoorbeeld met een sticker) ontstaat een heel ritueel waarmee het afscheid van een luier of een nat bed makkelijker en sneller gaat.

5. Zorg voor genoeg reserve beddengoed

Om tot slot ervoor te zorgen dat deze overgang voor jou ook zo rustig en gemakkelijk mogelijk verloopt adviseren we je om voor genoeg beddengoed te zorgen. Er is niets zo vervelend als ‘s nachts het huis moeten afzoeken voor een laatste droog hoeslaken. Of ‘s ochtends weer met groene zeep in de weer moeten omdat het matras weer vies is geworden. Een waterdichte matrasbeschermer is in deze situatie echt een uitkomst. Ze zijn goed wasbaar, voelen helemaal niet zweterig aan. De matrasbeschermer is aan de onderkant voorzien van een waterdichte PU laag (overigens wel goed ademend én wasbaar tot 95°), dit laat geen vocht door en biedt voor het matras de ultieme bescherming. De bovenlaag is gemaakt van 100% katoen, badstof geweven.

Tencel Bio Hoeslaken


Het Tencel Bio hoeslaken, de absolute top!

Óf je kiest voor het Tencel Bio hoeslaken. Ook deze is aan de onderzijde voorzien van een laag polyurethaan (net als bij de andere matrasbeschermer ademt dit en is elastisch. Het is vocht-dicht maar wel waterdampdoorlatend. In dit Tencel hoeslaken zijn, in tegenstelling tot de meer goedkopere uitvoeringen, unieke PCM microcapsules verwerkt die ervoor zorgen dat de temperatuur continu op een aangename 28 °C wordt gereguleerd. Hoeslakens van Tencel zijn de absolute top in hygiënisch en comfortabel slaapcomfort. Zo lig jij ‘s nachts in ieder geval rustig met de wetenschap dat met alleen een wasje draaien alles weer fris en schoon is.




Het is soms helaas een kwestie van een lange adem, maar echt, geloof me, er komt een moment dat dit achter je ligt. Dat je ‘s ochtends wakker wordt en dat je je ineens realiseert: Hé, ik heb vannacht doorgeslapen!”. Beloofd!